The Act of Killing
- prileminary adaptations
mixed media on paper
184 x 90 cm
BRIEF 145
aan Edith Stein
'Zalig zijn deze zwakken niet, slechts voer'
Wolfheze
Lieve Edith,
Dit is de tekst waar ik het over had. Wil je die corrigeren? Vertalen in het Duits hoeft dit keer niet. Ik snap dat het lastig voor je is om je in te leven in het beeld, omdat je het niet kunt zien, niet kent. Maar misschien is dat in dit geval ook wel beter. Wel vertrouw ik op jouw expertise.
Vertel me een keer hoe je solidair kunt zijn met jouw Joodse volk dat de eeuwige klos is, maar zelf de naaste buren zo doet lijden. Leg uit waarom je van dat volkje houdt, waar het jouw Roomse Messias verloochent. Vergeet niet uit te leggen waarom je tot op het laatst bad voor wie jou en je volk vervolgden. Ik snap dat niet.
'The
Act of Killing' (2021-2025)
-
Het zeer verontrustende beeld ‘The Act of Killing’ is gebaseerd
op een foto van een mens die zo ziek was dat we bijna zouden gaan
geloven dat het kwaad geen abstractie is maar een Beest. Op schoot
van de zieke geest ligt een dode medemens die zo walgelijk gemarteld
werd dat we bijna zouden willen geloven dat het goede geen abstractie is maar de Bron van het
universum. -
In
toenemende mate vind ik het lastig om iets te zeggen over het werk
dat ik maak. En toch put ik me veel vaker dan vroeger uit in het
schrijven over het werk. Ik weet niet goed wat dat is.
‘The
Act of Killing’ spant de kroon: over dit werk iets zinnigs zeggen,
kan ik amper, maar zelden schreef ik zo vaak en zoveel als over dit
werk. - Alles staat op de blog. - Dat komt, denk ik, omdat het beeld tegelijkertijd zo
belachelijk voor de hand liggend lijkt, of is, maar bij mijn weten toch niet eerder werd
gemaakt. En ook omdat het zoveel betekent, terwijl het er in zijn
verschijningsvorm toch vrij simpel uitziet.
-
Misschien wil ik wel zoveel gezegd hebben omdat dit zieke beeld terminale kanker heeft en ik er over wil oordelen voordat het, als een zon die nooit meer opkomt, voorgoed achter de horizon verdwijnt? -
‘The
Act of Killing’ lijkt
direct te verwijzen naar die piëta:
Maria, de Moeder van God - God behoedde De Moeder - draagt haar dode
zoon - God behoedde De Zoon - op haar schoot, bovenop haar onbevlekte
baarmoeder die, zoals alles aan Haar, onbevlekt is: zonder zonden.
Dat De Zoon zonder zonden is leidt geen twijfel. Die twijfel smelt in luttele
seconden, bij het in ogenschouw nemen van De GodMens en Zijn Weerzinwekkende Weg . Dat velen daaraan twijfelen is helemaal oké. Jedem
das Seine.
‘The
Act of Killing.' We
zien twee mannen; Kaïn en Abel. In de Darwinistische dierentuin zijn mannelijke exemplaren van homo sapiens sapiens elkaars moordende concurrenten en plegen broedermoord op broedermoord. Oog om oog. Tand
na tand.
- Dat de slimsten onder de broeders eerder samenwerken dan doden ontgaat de
meesten.-
Hitler
draagt de dode Jezus op schoot. Binnen de klassieke christelijke iconografie
betekent dat onmiddellijk het verdriet van de levende, de moeder, om het lijden
en sterven van de zoon, de dochter. het kind, Gods enige kind. De mens, de zoon, de
dochter, die in een wanhopige poging de onsterfelijkheid te
overwinnen verwekt werd door een man en een vrouw.
De levende treurt om de dode op schoot. Misschien is Dolf die huilt, misschien is het Jezus. Kan Dolf huilen om een Jood? Kan Jezus huilen om een Moordenaar? Huilen om dit goddelijke geboortegeschenk? Wij zijn blij met de geboorte van Ons Kind.
Is
dit de vraag die onder alle andere vragen ligt: waarom zijn wij zo
ongegeneerd blij met elk pasgeboren menselijk embryo, terwijl wij
weten dat het een beest is? Is het voor het menselijk ras niet veel
beter om helemaal geen nageslacht meer te verwekken? Waarom nog een
spaarzame minuut geloven in de liefde die boven het instinctieve libido, het ego uitstijgt?
- Is de kosmos niet veel beter af zonder dier dat denkt
maar geen geweten heeft? -
Werd
er dan toch een enkele keer in duizend jaar een mens met een rein
geweten geboren, waarom dan? Elk roofdier herkent op elk veld elk
geweten en valt aan. Elk geweten loopt mank en is gedoemd om
te sterven. Zalig zijn deze zwakken niet, slechts voer
voor het vleesetende dier dat zonder geweten werd geïncarneerd in het vlees.
Binnen
de klassieke christelijke iconografie is ‘The
Act of Killing’, strikt
genomen, geen piëta. Omdat het
daarbij altijd gaat om Maria, de door God de Vader uitverkoren
onbevlekt ontvangen Moeder van Jezus, die onpeilbaar verdriet heeft
om haar Zoon die voor haar eigen ogen zoveel moest lijden en daarna
wilde sterven.
Het doet ons weinig tot niets meer, dit van betekenis hoogzwangere maar al te oude beeld. Totdat
een nog levende moeder, uit het meest hedendaagse geslacht homo
sapiens sapiens - uit Gaza en Israël, uit Oekraïne en Rusland, uit Kongo, uit Syrië - huilt. Om
haar dode zoon. Of dochter. Of gewoon kind.
Deze rigor
mortis, deze
volmaakte
onverschilligheid voor het klassieke beeld van de piëta moeten
we genezen: de piëta is een van de krachtigste beelden die de mens, het denkende zoogdier, in de laatste zevenhonderdvijftig jaar ontwikkeld heeft.
- Zum Problem der
Einfühlung: huilt Moeder, het zelf, echt om de Zoon, de ander, die niet het zelf is? Of
huilt zij omwille van zichzelf? Of allebei tegelijk? -
[Edith, ik kon het niet laten te verwijzen naar je proefschrift.]
Das
Urteil. De
seksuele wellust die in het doden verankerd ligt, ligt ook diep verscholen in het verlangen om te oordelen. Als kanker die om zich heen grijpt,
zo woekert ook de wellust tot wraak. Tand na tand. Oog voor oog. Veel eerder dan
de vraag naar het verdriet, om de dode op de moederschoot, raakt ‘The
Act of Killing’ aan de begeerte naar het oordeel dat hoe dan ook
geveld wil worden.
Niet al te
makkelijk te raden wat dit beeld betekent zonder de titel, geven de weinige woorden van de titel een
aanknopingspunt. De
titel van het werk ‘The Act of Killing’ werd ontleend aan de
gelijknamige documentaire van Joshua Oppenheimer uit 2021. In die
film, die alle registers van de Sartriaanse walging opentrekt, re-enacten gepensioneerde Indonesische militairen de moord op
ongeveer 1 miljoen vermeende communisten uit de periode 1965-1966. Ze
beleven veel plezier aan dit herbeleven en ontvangen het welwillende applaus van het publiek in dankbaarheid.
- Zelf
ten diepste bewogen door het verhaal van het evangelie van Jezus
Christus, zoals dat in de vier canonieke evangeliën werd opgetekend,
wilde ik proberen te begrijpen wat het precies moet worden bij Het
Laatste Oordeel. -
Omdat
wij in de verste verte niet meer kunnen geloven in zoiets als een eindoordeel over ons leven op aarde - op zijn best geloven we
nog in opgebouwd karma - proberen wij, nakomelingen van homo sapiens sapiens, al
in dit leven zoveel mogelijk rekenschap te geven van onze daden en die van anderen.
Daarna immers is er niets meer.
Onze allerslechtste gewoonten werden, nog niet eens
zo heel lang geleden, ondergebracht bij rechtbanken die
zoveel mogelijk onafhankelijk werden gemaakt van de wetgevende en uitvoerende
macht. En ook houden we kerk en staat gescheiden. Dat is goed.
Dat is heel goed.
Maar
bedenk nou eens dat veel banaal en satanisch kwaad in dit ondermaanse onbestraft blijft, is het dan niet meer dan normaal dat ons
brein een verlangen naar postume genoegdoening construeert? ‘The
Act of Killing’ gaat over het meest zieke kwaad dat de ene mens de
andere mens aandoet, iets dat wij niet kunnen accepteren en veroordeeld willen zien.
Dat
het Darwinistische zoogdier mens nadenkt over ‘een soort van
genoegdoening na de fysieke dood van het misdadige lichaam’ –
iets dat in de ogen van de wetenschap tevens de dood van de ziel of het
bewustzijn betekent – is aandoenlijk. We kunnen maar niet geloven
dat het kwaad gisteren, vandaag en morgen volledig ongestraft zijn gang kan blijven gaan.
Nooit meer
slapen. Het
christendom kwam, net als andere godsdiensten, met het idee dat er na
de rigor mortis,
de totale
verstijving van ziel en lichaam, rekenschap moet worden afgelegd over
de in het leven begane daden, dat er genoegdoening moet
plaatsvinden. Dat is mooi. Heel mooi. Dat het meest perverse
kwaad, ik bedoel het kwaad, waarbij de dader geniet van het lijden
van een soortgenoot - nog zieker is het seksueel genieten
– voor altijd ongestraft blijft is verontrustend onbestaanbaar.
Is dit een mens? In
‘The Act of Killing’ treurt Adolf Hitler niet om de dode Jezus;
zoiets is niet denkbaar, loochent alle feiten en is volstrekt
blasfemisch. Jezus buigt zich over Dolf, mensenkind, werpsel van twee
zoogdieren, geboren uit wellust of liefde, wellicht uit beiden.
Kind van Alois en Klara. Duitsland. Zomaar een land. Zomaar een tijdsgewricht. Zomaar een mens.
De
christelijke kerk leert al eeuwen dat de door de Romeinen, niet de
Joden, doodgemartelde Ecce Homo, terugkomt. Allereerst om zielen die
al veel te lang gevangen zaten te bevrijden, maar ook om te oordelen. Helemaal aan het
einde van de tijden oordeelt deze Christus - Rabbi, Messias, Zoon des Mensen, Zoon van God - alle levenden en alle doden.
Darwinisten hebben
berekent dat het, vanaf het moment dat de huidige mens mens wordt genoemd, om zo’n zevenduizend geslachten gaat. Onverdraaglijk is de gedachte dat het uiterst getalenteerde kwaad
de laatste dodendans zou weten te ontspringen. Zoiets is onbestaanbaar.
Jezus Christus, of iemand anders die het nog beter weet, moet wel
oordelen.
In
recente tijd bestudeer ik het fenomeen NDE (Near Death Experience)
vrij nauwgezet. Daarin wordt, eindeloos vaak, geschetst dat er, na de
dood en aan gene zijde, geen oordeel plaatsvindt maar de mens slechts ziet wat er verkeerd was, niet goed ging. Daarna gaan zowat alle zielen mee met de engelen, linea recta naar hun voorouders, hun
geliefden, hun kinderen en ander verwante zielen, naar god, hemel, volgende de zoveelste incarnatie. Geen kwaad woord
over het kwaad.
Ik
heb geen enkele vrede met het idiote idee dat dood dood is en dat het
kwaad volledig vrij uitgaat, de dans van het geweten ontspringt. Ik zie Onze
Lieve Heer, of iemand anders die ook geen ego had, graag zitten op die
zetel waarop Hitler zat. Die zetel is precies de goede zetel om het kwaad te vergelden en de slachtoffers recht te doen. In het christendom heet de dood die volgt op de opstanding uit de doden ‘de
tweede dood’.
- ‘The Act of Killing’ lijkt eerder te
gaan over de vraag of na de dood alles in een seconde of twee zal worden
vergeven of dat er genoegdoening moet plaatsvinden. -
Mochten
de Drie Rechtvaardige rechters van de Heilige Drievuldigheid
werkelijk alles met de mantel der liefde willen bedekken, alle zieke
daden, alle aangedane leed, dan vraag ik een gesprek aan. Mochten ze alle drie beslissen dat Adolf Hitler en nog anderen, voor eeuwig verloren gaan, ook dan wil ik graag
een gesprek. In het eerste geval wil ik weten of de dader zichzelf al
genoeg heeft gestraft door te doen wat ie deed. In het tweede geval
wil ik weten waarom deze ziel ooit geboren werd.
- Zowel
het beeld van de Dode Zoon van God op de schoot van de Levende Zoon
van Klara en Alois, de vader en moeder van Adolf Hitler, als ook het omgekeerde beeld, de dode Adolf op schoot bij Jezus,
schieten tekort. Vandaar dat ik het
gelaat van beiden verwisselde. -
Dat is pervers wanneer men denkt dat
goed en kwaad volstrekt ambigu zijn, maar troostrijk wanneer men
bedenkt dat het kwaad niet banaal genoeg is om er zomaar en voor altijd mee weg te komen.
Makkelijk is het niet om de mens te beminnen die kwaad
doet, banaal kwaad of kwaadaardig kwaad.
- Liever dan voor de genade gingen wij dieren voor de tweede dood: het
mes tussen twee ribben op weg naar het hart dat moet bloeden.
In
een God geloven die alles best vindt, en geen kwaad met kwaad
vergeldt, kan ik niet goed. In een God geloven die kwaad wel met
kwaad vergeldt wil ik niet geloven. In helemaal geen God, of Source of
Universe, geloven vind ik krankzinnig.
- Als Entartetes Andachtsbild
uit de traditie van De Moderne Devotie vind ik ‘The Act of
Killing’ een troostrijk beeld: het kwaad ontspringt de dans niet.
Maar hoe het afloop met de meest zieke teerlingen wie ooit werden geworpen, weet ik ook niet.
Wat ik geloof is dat de prooi de jager overleeft. Dat het goede het kwade overwint. Dat er genade is maar ook rekenschap moet worden afgelegd.
Edith, weet je, ik ben bang dat de mensen dit beeld over de tweede dood wantrouwen en afwijzen. Het beeld is zo simpel maar gelijk ook zo naar, zo pervers dat het onmiddellijk ongezien moet worden gemaakt. Maar dat kan al niet meer.
Nou ja, lieve Edith, je weet het: ik doe allemaal het uit liefde voor jou. Ik maakte het uit wanhoop. Als een schreeuw. Vraag jouw God mij te vergeven.
Jouw Joseph